woensdag 16 december 2009

Zwarte schaap



"Het leven valt niet altijd mee, als je anders bent dan de rest. Het enige zwarte schaap in een kudde witte wol. Wie anders is, valt op. En wie opvalt, krijgt vaker commentaar. Kijk maar naar de uitdrukking ‘het zwarte schaap van de familie’. Als dat over je wordt gezegd, is je familie vast niet erg blij met je anders-zijn."


Myra kwam vandaag met een mooie kerstkaart thuis die ze van Kyra had gekregen. Kyra zit bij haar in de klas. Ze vertelt me dat ze zo een medelijden heeft met dit meisje. De ouders van Kyra zijn gescheiden en kijken helemaal niet naar haar om.
Als ze een spreekbeurt moeten voorbereiden, moet Kyra het altijd helemaal alleen doen waardoor haar cijfer altijd lager ligt dan de gemiddelde van de klas.
Ze komt s'ochtends altijd alleen aangewandeld en vertrekt s'middags altijd alleen terug naar huis. "Ik vind haar zo zielig!" zegt Myra. "Tijdens de pauze staat ze wel bij ons maar ze heeft niet echt een beste vriendin zoals ik en Lindsey!" Als de jongens de meisjes moeten pakken dan staat ze altijd alleen.
Ze kijkt me aan alsof ze het over een hond uit het asiel heeft die wekenlang op zijn baasje wacht.
Ook zie ik boosheid in haar ogen, het onbegrip dat zoiets kan bestaan.
Ik zeg tegen haar:" Kon ik maar mama en papa terug halen, dan kon Kyra bij ons komen wonen en dan zou iedereen blij zijn." Myra lacht even maar weet dat dit onzin is. Ze zegt tegen me:
"Dan zit ik nog liever in mijn situatie dan in die van Kyra." Ik sta even stil van haar opmerking en bewonder haar kijk op deze situatie. Iemand vinden die zieliger is dan haar...want zoals ze de hele dag zegt:" Ik ben niet zielig!"


Daar ik nog iets over het leerplan moest schrijven ben ik gaan zoeken welk leerplan hierbij zou kunnen horen.


Ik kom uit op B.2 verbondenheid met anderen. Bij het tweede cyclus gaat het over "anders zijn, ontmoeting". Ik zie een cirkelschema. Dit is een algemene voorstelling van het onderwerp. De tekstblokjes die erbij horen verwijzen naar de doelen van het onderwerp.
Omgaan met anders zijn ( kinderen gaan op een eigen manier om met verschillen) - De Bijbel over omgaan met anders zijn ( Kinderen ontdekken in de Bijbel hoe God mensen inspireert bij het omgaan met mensen die anders zijn) - Verscheidenheid als rijkdom ( kinderen ontdekken verscheidenheid als een rijkdom) - Verschillen tussen mensen en beleving van alledag (kinderen ervaren dat mensen verschillen en dat dit verschillende gevoelens oproept).
De cirkel heeft geen begin, einde of richting. Je kunt dus bij ieder tekstblokje beginnen.


Ik zie een situering die me kan uitleggen wat dit onderwerp in het leven van kinderen kan betekenen en wat christenen daarbij kunnen aanbrengen vanuit hun geloof.
Verschillen kunnen echt leuk zijn, ze zijn er vaak nieuwsgierig naar. Soms zijn ze bedreigend, veel hangt af van de wijze waarop de kinderen zichzelf zien in vergelijking met anderen.
Vanuit de verschillen tussen henzelf en andere mensen leren ze zichzelf en hun eigenheid beter kennen.
Christenen vinden inspiratie in de houding van Jezus. Alle mensen kinderen zijn van God. Het is boeiend voor kinderen om te weten hoe Jezus omgaat met het anders zijn, vooral wanneer die anderen uitgesloten worden zoals bijv. melaatsen, zieken, zondaars, Samaritanen, en andere niet-joden. Hierdoor groeien kinderen naar een houding van waardering voor elke mens, ook al is dit soms moeilijk.


Ik zie de doelen van dit onderwerp. Ze geven de richting aan waarin het leerproces van de kinderen dient te gaan.
- kinderen ontdekken dat er verschillende zijn tussen mensen
- Kinderen vergelijken de manier waarop mensen omgaan met het anders zijn van zichzelf en van anderen.
- Kinderen ontdekken hoe men in de Bijbel omgaat met mensen die meestal als "anders" of "vreemd" worden gezien.
- Kinderen voelen zich uitgenodigd om zelf de verscheidenheid van mensen als eens rijkdom te beleven.


Tenslotte zie ik de basistaal. Dit zijn een aantal woorden of uitdrukkingen die belangrijk zijn om het onderwerp in christelijk perspectief ter sprake te brengen. Kinderen kunnen er geleidelijk aan mee vertrouwd en de betekenis ervan ontdekken.
ontmoeten, negeren, uitsluiten, respecteren, waarderen, discrimineren, anders, vreemd, samenwerking, tegenwerking, verdraagzaamheid, onverdraagzaamheid, kinderen van God.


Ik sta een beetje versteld dat dit boek mijn situatie tot in de puntjes verwerkt heeft. Ik vind het overzichtelijk door de gele bladzijdes. Ik moet alleen uitzoeken wat ze bedoelen met 1e. 2e en 3e cyclus.


Via de Thomas web-pagina vind ik ook mijn antwoorden:
Een eerste krachtlijn maakt duidelijk op welk punt alle onderwerpen aansluiten bij de groei van kinderen: groeien vanuit geborgenheid (eerste cyclus), groeien in verbondenheid (tweede cyclus), groeien met kracht (derde cyclus). De tweede krachtlijn kijkt naar de kinderen, zoals zij tussen andere mensen opgroeien: wij-ik-wij (eerste cyclus), jij-ik-jij (tweede cyclus), zij-ik-zij (derde cyclus). Daarop volgt een krachtlijn vanuit de kern van het christelijk geloven. God is op verschillende wijzen aanwezig in heel dit proces: Vader (eerste cyclus), Zoon (tweede cyclus) en heilige Geest (derde cyclus).

donderdag 10 december 2009

"in de kijker" Thomas-webpagina

Ik heb een paar impulsen op de Thomas-webpagina gelezen. De lessen zijn helemaal af. Het hele leerplan is erin verwerkt. Ik moet eerlijk zeggen dat ik niet alles gelezen heb. Ik zoek graag zelf mijn lessen uit. De impulsen zijn natuurlijk geweldig om als extra naast je te hebben, maar op dit moment geniet ik nog van mijn "onervarendheid". Ik denk dat het me een beetje benauwd om zo alles voorgeschoteld te krijgen. Het is helemaal af. En dit vind ik wat saai. Waarschijnlijk denk ik daar over 2 jaar anders over.


Als mijn planning een beetje klopt, dan zou dit het laatste bericht moeten zijn op mijn log-boek omtrent godsdienst.
Ik vind het jammer, want ik kon me goed verwoorden in mijn verhalen. Natuurlijk kan ik er nog van alles inzetten maar dat zal op een later tijdstip moeten gebeuren daar er nog teveel theoretische vakken op me wachten.
Daar ik al 7 jaar les geef, en alleen praktijk ervaring heb, schrik ik een beetje bij het theoretische gedeelte. Waarom doe ik het zo? Welk leerplan hoort bij mijn opdracht? ....Help!
Ik zie er soms tegenop, maar ik heb Lucienne en Ed beloofd dat ik deze opleiding af zou maken. En dat ga ik ook doen.
Van alle vakken die ik tot nu toe gehad heb, heeft Godsdienst het meeste bij me los gemaakt. Ik kijk erg graag terug naar de lessen, de reacties, mijn logboek, Leentje die me trots vertelde dat een gedeelte ervan werd voorgelezen in haar les. Wat voelde ik me trots op dat moment. De terug reizen in de auto, waar soms een traantje viel...
Hier thuis en om me heen ben ik de sterke dappere mama die de hele wereld aan kan, maar tijdens de godsdienst momenten durfde ik eindelijk mijn ware "ik" bloot te stellen. De ware "ik" die net als de maan niet perfect hoeft te zijn...

Ik ben blij dit vak op dit moment van mijn leven te hebben toegelaten, ik weet niet hoelang mijn buitenkant het volgehouden zou hebben... Zoals Koen Wouters in zijn lied zingt:" het zit van binnen...." Ik kan de dood van mijn zus en schoonbroer nog steeds niet loslaten maar verbitterd ben ik niet meer.
Bruno bedankt en ik wens je alvast namens mezelf en mijn hele familie hele fijne Feestdagen toe.
Elise




TOV3 bronnenboek

Gisteren ben ik naar de Mediatheek gegaan om de handboeken van TOV eens door te nemen.
Ik merkte op dat er heel veel klappers waren vol lesmateriaal. De klappers waren verdeeld in de verschillende klasse niveaus.
Ik heb in de eerste jaars hanboeken gekeken en merkte al snel op dat er heel weinig tekst in zat. Mijn voorkeur ging naar de lessen voor de derde jaars.
De lessen zijn overzichtelijk en bestaan uit verschillende thema's. Iedere thema bestaat uit 4-5 bladzijde. Er staan zoveel thema's in...
Ik bekijk het thema: "Kijken met je hart". Er staat een gedicht in van Anders Andreus omtrent dit thema. Ik heb deze alleen gelezen maar niet overgeschreven. Dan komen er twee stripverhalen. Een is het verhaal van Ruth, en de ander over Petrus en Cornelis.
Ik moet eerlijk bekennen dat ik iets dieper over de inhoud van de verhalen zou moeten ingaan, zou ik deze les willen geven. Er staan allemaal mooie grote foto's in om over na te denken. De foto's staan om de vraag:" Kom je bij mij?"
Ik zie iemand die huilt, iemand die ruzie met iemand anders heeft, iemand die bidt, iemand die in elkaar wordt geslagen, een neger die alleen in de bus zit, iemand die verdrietig is, twee meisjes die samen spelen en oudere mensen die elkaar aankijken.
Door de duidelijke foto's zou je aan kinderen allerlei levensvragen kunnen stellen. Wat vind je ervan? Zou jij naar die persoon durven lopen? Wat zou je kunnen doen om de persoon die verdrietig is te troosten? Mag je iemand zomaar slaan? Waarom gaat niemand naast die donkere meneer zitten? Heb jij wel eens naast een neger gezeten?...


Ik blader wat door het handboek. Ik kom bij het thema: "Ik heb alleen jullie handen." Ik zie een grote tekening van Jezus die z'n ogen dicht heeft, maar zijn handen geopend heeft.

Ik lees een stripverhaal die "Ik troost jou, jij troost mij" als titel heeft. De hoofdpersonages zijn een muisje en een schildpad. De schildpad huilt in z'n schild, het muisje klopt aan en troost hem.
Er komen allemaal tips om iemand te troosten. Je zou de leerlingen eerst naar hun tips kunnen vragen en daarna samen de tips doornemen.Tips zijn: goed luisteren, neem de tijd om te luisteren, probeer je in zijn plaats te stellen, stel extra vraagjes over zijn verdriet, zeg niet gauw: het gaat wel over, begin niet te vlug over jezelf, doe een leuk voorstel naderhand, blijf vragen: Hoe is het nu met je?

Allemaal tips die een leuke boeiende les zouden kunnen opleveren!

Er staan nog tekekningen over de aanslag op de Twin Towers op 11 september 2001. Ook boze en verdrietige brieven van kinderen horen erbij. Je zou eens kunnen nagaan of kinderen er vanaf weten, en wat ze erbij voelen....

Samuel


Harry, een beetje zoals Jezus?

Is Voldemort de duivel?

Jezus Christus en Harry Potter, 2 supersterren?


Deze vragen staan centraal bij het tijdschrift "Samuel" die ik onlangs gelezen heb.
Wat hebben deze kleine tovenaar en Jezus, de zoon van God, gemeen?

Ik neem aan dat ik deze antwoorden niet hoef te geven daar ze gewoon te lezen zijn in het tijdschrift.
Ik vind het voor kinderen een mooi tijdschrift met veel foto's, stripverhalen, kleurplaten, korte Bijbelverhalen, intervieuw met kinderen die een ander geloof hebben, een ontmoeting met Bisschop Harpigny, wat betekent het woord "Alleluja"?, een artikel omtrent kinderrechten, een recept voor pompoensoep voor Halloween, twee puzzels en een doordenkertje als ontspanning.

Er staat ook een mooi verhaal in om over na te denken "De toren en de eik". De toren zegt tegen een kleine eikel:" Ik zal eeuwig leven, want ik ben groot en sterk en ik ben van steen."
Het eikeltje sterft maar groeit uit ot een grote en sterke boom die lucht aan de mensen geeft, en schaduw aan wie schuilen wil voor de warmte.
Als jaren later de toren in elkaar zakt denkt de eik:" Jammer dat stenen niet sterven, anders kon er een nieuwe toren groeien."

Ondanks dat het tijdschrift klein is, bevat het veel informatie omtrent het Geloof. Het geloof wordt met het hedendaagse vergeleken. Kinderen kunnen zich daar gemakkelijk in verplaatsen.

Ik had nog nooit eerder stilgestaan met de vergelijking van Harry en Jezus. Ik vond de verschillen en overeenkomsten boeiend om te lezen. Misschien zal ik Harry nu anders bekijken...




donderdag 3 december 2009

Voor ieder probleem is er een oplossing



Vandaag werd mij gevraagd om de tweede klas van de lagere Kennedy-school voor een uurtje over te nemen, daar de juffrouw naar een begrafenis moest gaan.
Ik heb daar geen problemen mee, en vind het altijd leuk om nieuwe gezichten te leren kennen. De juf vraagt mij of ik een les godsdienst zou willen geven.
Ze geeft me een blaadje uit een klapper en daar staat precies vermeld wat ik moet doen. Ik vind het vreemd dat alles zo voor me op papier staat. De levensvragen die ik moet stellen, de tekst die ik hardop moet lezen, de reactie die ik moet verwachten, het rollenspel die ik eventueel met ze kan doen....
Ik vind het altijd leuk om zelf van alles te bedenken maar hier wordt me alles al voorgeschoteld. Het hele leerplan, die wij van buiten moeten kennen is hier al in verwerkt.
De leerlingen zijn erg nieuwsgierig naar me en ik vertel wat over mezelf. De godsdienstles gaat over de thuissituatie: heb je altijd zin om te spelen met broertjes/ zusjes? Wil je dan altijd je zin? Laat je een jonger iemand bij een spel ook wel eens winnen?
Ik vraag of de leerlingen naamkaartjes hebben zodat ik ze bij de voornaam kan aanspreken. Ik vraag of er kinderen zijn die géén broertjes of zusjes hebben, en of deze willen opstaan. Dit doe ik ook bij kinderen met 1, 2 en zelfs 3 zusjes/broertjes. Ik vraag ze afzonderlijk naar hun thuissituatie, en er ontstaat en gezellige sfeer.
Ruben heeft een broertje van 1 jaar die hem “Baba” noemt. Ik vertel ze dat kinderen van deze leeftijd die naam nog niet kunnen uitspreken en daarom hun eigen woorden verzinnen. Als je zou vragen :”Waar is Baba?” dan zou de kleine niet reageren. Maar als je zou vragen: “Waar is Ruben?”Dan zou de kleine meteen reageren met “Baba??”
Ik imiteer de kleine en de kinderen moeten erg lachen.

Dean heeft een zusje van 1,5 die veel bijt en dat vindt hij niet leuk. Ik vertel hem dat het heel normaal is dat ze op deze leeftijd willen bijten. Ze kunnen nog niet goed verwoorden wat ze willen en met dit gedrag verdedigen ze zichzelf. Net zoals dieren. Ik zeg dan altijd dat hun “snappertje” het nog niet doet. Ik stel hem gerust dat dit weg zal gaan zodra ze hele zinnen zal praten. Ik zeg voor de grap dat dit zeker nog 2 jaar zal duren, en hij kijkt me heel benauwd aan... Ik vertel de kinderen dat als kinderen op latere leeftijd bijten dit niet normaal is, en dat deze kinderen vaak op jonge leeftijd alles toegelaten werd. Op latere leeftijd vernemen ouders dat er ook “nee” bestaat, maar dan is het vaak te laat en gaan die kinderen dit gedrag ook vertonen. Maar dit is dan niet goed!

Levin heeft moeite om te blijven zitten op zijn stoel. Ik heb hem al meerdere malen lief gevraagd om goed te gaan zitten, anders zou hij wel eens kunnen vallen.
We hebben het over: Hoe kun je nou het beste iets vragen aan iemand anders? Ik vertel dat er 2 manieren zijn. Ik loop richting Levin die weer eens met een knie op de stoel leunt. Als ik naast hem sta, tover ik mijn hele harde strenge stem en wijst met mijn vinger:” Jij gaat nu zitten!” en meteen erachter aan zeg ik met een engelen stem: je kunt ook vragen:” Levin, kun je alsjeblieft even gaan zitten?”
Levin is de hele les mooi blijven zitten, zo was hij geschrokken en de klas moest er erg om lachen.

Ik vertel dat wij 5 kinderen thuis hebben en samen kijken we naar de voor- en nadelen om alleen thuis te zijn of met zo'n grote groep. ( aandacht, cadeaus, speeltuin...)

Tark vertelt dat zijn oudere zus nooit met hem wil spelen maar sinds hij besneden is, het veel beter gaat en hij altijd een snoepje van haar krijgt. Ik moet zo lachen, niemand van de kinderen reageert en ik denk:” Voor ieder probleem is er een oplossing....”

Als toetje lees ik het verhaaltje die bij dit thema hoort. Ik gebruik verschillende stemmetjes voor de personages en de klas is muisstil.
Als het verhaal klaar is, beginnen ze allemaal te klappen en ik maak een mooie buiging. Juf Hannie komt even om de hoek kijken en klapt mee.
Het is al bijna tijd, wat is het toch heerlijk om zo met kinderen te werken.....

vrijdag 27 november 2009

God waar ben je?



Ik wilde even reageren op de persoonlijke uitleg over God van Liesbeth, Erika, Kathleen, Tanja en Benjamin tijdens de derde godsdienstles. Deze les heeft bij mij heel wat los gemaakt en ik ben daar constant mee bezig geweest. De kinderen zijn naar school, ik heb muziek van Bach opstaan, eens kijken of ik kan verwoorden wat ik voel.



Liesbeth vertelde dat ze God in de mensen ziet, in de liefde, ze voelt God om zich heen en ziet Hem ook als de Schepper van de wereld. Ze vertelde dat ze godsdienst les gaf op de middelbare school en irriteerde zich aan de leerlingen die van het lager onderwijs geleerd hadden dat God een oude Heer is, zittend op een stoel en van daaruit de wereld in keek.

Ik moet eerlijk bekennen dat ik het zo nooit had gezien. Als God de liefde tussen ons is, als God mij af en toe de weg wijst, als God degene is die achter me staat, dan ga ik daar graag in mee. Als ik bij Liesbeth in de klas had gezeten dan had ik ook gedacht dat men van mij zou verwachten dat ik in een menselijke God zou geloven. En daar sta ik niet helemaal achter. Trouwens dit verwachtte ik ook eerst bij R.Z.L en godsdienst, maar dit was helemaal niet zo. Ik vind wel dat je achter een God moet staan wil je deze lessen kunnen geven aan anderen. Mijn kijk op godsdienst is hierdoor zeer veranderd en verbreed.







Erika vergeleek God met de maan. Wat een mooie vergelijking. De maan is niet perfect, ze is niet tastbaar, ze heeft een enorme kracht, ze heeft een goed overzicht over ons. Ze zag God niet als een persoon. Daarin kon ik me ook goed in vinden. Ik weet dat als mijn kinderen op schoolkamp gingen, dan zei ik altijd:" Om 20.30 zal ik naar de maan kijken, als jij dat dan ook doet dan weten we dat we aan elkaar denken." Iedere keer als ze dan terug kwamen was hun eerste zin: "Mama, ik heb iedere avond gekeken, en ik wist dat je dat ook deed!" Wat een zelfvertrouwen gaf hun die maan...



Kathleen was naar een documentaire van "artsen zonder grenzen geweest". Iemand leidde haar naar een caravan waar jonge artsen hun werk in andere landen lieten zien. Ze was erg aangeslagen en zag God in de handelingen van de jonge vrouwelijke arts. Haar verhaal was warm, en oprecht. Ik herkende haar verhaal van toen Robin, mijn dochter op 4-jarige leeftijd hersenvliesonsteking kreeg. Ze lag 2 weken in Leuven op Intensive Care.

Ik heb altijd gezegd, dat de artsen daar God's handen waren. 24 uur/24 uur werd ze door 2 artsen in de gaten gehouden. Ieder druppeltje werd met het rekenmachine nagemeten. Ik dacht altijd dat het of het medische was, of het Geloof. Ik had niet door dat je deze twee ook kon combineren. Dit verhaal gaf mij weer een andere kijk op het Geloof.




Het verhaal van Tanja was zo knap, zo af. Wat een boeiende persoon. Haar presentatie was zo knap in elkaar gezet, dat je een speld kon horen vallen in de zaal. Ik herkende me in het patroon: geloof-twijfel, twijfel-niet geloven, niet geloven-onwetendheid, onwetendheid-geloven. Niets is toeval, alles heeft een betekenis, ze gelooft in het oneindigheid van het leven, het mysterieuze.

Ik geloof ook erg in het goede en het kwade.



Het standpunt van Benjamin ging mij iets te ver. Ik zag daar meer iemand die net in de klas van Liesbeth is geraakt. Hij ziet God als een soort persoon die de wereld heeft geschapen. Dit veroorzaakte nogal wat ophef tijdens de les geschiedenis bij Werner. Werner vertelde over celdelingen, maar Benjamin was daar fel op tegenin gegaan. Hij is lid van de Evangelische Kerk en zei dat God de rechter is. Hij gelooft heilig in een Hemel en een Hel. Hij ziet de Bijbel verhalen niet symbolisch maar als waargebeurde verhalen. Zijn gedachtengang benauwde mij soms een beetje. Hij stond niet open voor andere dingen en had echt oogkleppen op.





Footprints in the Sand


One night I dreamed I was walking along the beach with the Lord.
Many scenes from my life flashed across the sky.
In each scene I noticed footprints in the sand.
Sometimes there were two sets of footprints,
other times there were one set of footprints.

This bothered me because I noticed
that during the low periods of my life,
when I was suffering from
anguish, sorrow or defeat,
I could see only one set of footprints.

So I said to the Lord,
"You promised me Lord,
that if I followed you,
you would walk with me always.
But I have noticed that during
the most trying periods of my life
there have only been one
set of footprints in the sand.
Why, when I needed you most,
you have not been there for me?"

The Lord replied,
"The times when you have
seen only one set of footprints in the sand,
is when I carried you."
Mary Stevenson





Dit gedicht zal ik zeker meenemen in mij lessen godsdienst. Ik hou erg van verhalen met een open einde, verhalen waar je over moet nadenken, verhalen waar je het einde niet verwacht. En daarom vind ik dit gedicht zo bijzonder....

zaterdag 7 november 2009

oktober: Wereldmissiemaand


De oktobermaand is de maand van de missie. In heel de christelijke wereld zal men zich rond missie, missionarissen en missionaire samenwerking informeren, bidden en inzetten.


"Zoals de hemelse Vader zijn Zoon in de wereld zond, zoals Jezus zijn apostelen de wereld rond zond, zo zendt de kerk ons allen uit om missionarissen te zijn op de plaats waar de Heer ons op deze wereld plaatste.


Gedurende twintig eeuwen heeft het Christendom wereldwijd getracht Jezus en zijn Evangelie aan te bieden aan de volkeren.Er is hard gewerkt, maar twee derden van de wereldbevolking heeft er nog geen kennis van."


Wie was Pater Damiaan?
Pater Damiaan is in 1840 geboren in het dorpje Tremelo (B). Hij is opgegroeid op een boerderij. Arm waren ze niet. Jozef was eigenlijk een heel gewone jongen. Na de lagere school hielp hij mee op de boerderij. Later werd Jozef steeds zekerder van zijn grote droom, hij wou het klooster in gaan. Jozef werd broeder bij de Paters van de Heilige Harten in Leuven. Sindsdien heette hij Damiaan.Maar hij wilde priester worden!Daarom begon hij Latijn te leren. Toen hij de taal echt goed kende, mocht hij voor priester leren van zijn oversten. Daarvoor moest hij wel naar Parijs gaan.

Zijn broer zou als missionaris vertrekken naar Hawaï (een groep van 12 eilandjes). Maar hij werd erg ziek. Daarom ging Damiaan mee in de plaats van zijn broer. Hij wilde namelijk iets doen voor de mensen die het niet zo goed hebben! Zo vertrok hij in 1863 naar Honolulu.Hij is een hele tijd op Hawaï¨gebleven: negen jaar in totaal! Hij werd er ook tot priester gewijd.


Vroeger had men veel schrik van een ziekte: lepra. Men wilde niet besmet worden en daarom werden de melaatsen naar het eilandje Molokai gebracht en daar afgezet.
Toen Damiaan in 1873 hoorde over de onmenselijke toestanden op Molokai, was hij de eerste die zei: "ik ga."

Jarenlang heel hard werken. Damiaan wou de melaatsen met alles helpen, terwijl hij rustig zijn pijp rookte om de stank te kunnen verdragen. Hij zorgde er voor dat ze meer eten en betere kleren kregen. Stilaan kregen de melaatsen ook het gevoel dat ze meetelden. Damiaan heeft het zelfs voor elkaar gekregen dat ze een pijpleiding aanlegden, om water af te tappen uit een bron 800 meter buiten het dorp. Het had hem veel brieven gekost om de buizen te krijgen.Dankzij zijn werk kregen mensen over de hele wereld meer aandacht voor Molokai en lepra. Er kwamen veel bezoekers, zelfs de koningin van Hawaï! Ze wilden zien wat pater Damiaan daar allemaal deed. In de kranten werd veel over hem geschreven. Er kwam zelfs een dokter op het eiland wonen. Damiaan werkte rustig voort. Hij bouwde een tehuis voor melaatse weesmeisjes, één voor jongens, een nieuwe kerk en een school. Hij heeft ook het hospitaal hersteld.Op 15 april 1889 is Pater Damiaan aan lepra gestorven. Hij was toen 49 jaar oud.






Paus Benedictus XVI heeft 11 oktober 2009, tijdens een plechtigheid in de Sint-Pietersbasiliek in Rome. pater Damiaan ( Jozef De Veuster) heilig verklaard. Hij wordt patroonheilige van de aidspatiënten.

Na afloop van de plechtigheid hadden koning Albert II en koningin Paola nog een korte ontmoeting met de paus.


maandag 2 november 2009

Het grote avontuur van God en mens.




Dit boek had ik gekocht om de oude Bijbelverhalen weer eens op te halen. Ik heb de lagere school aan het Katholieke schooltje "St. Josef"in Eben-Emael gevolgd en kan me vooral de verhalen van het Nieuwe Testament herinneren. Mijn kinderen zitten daar nu ook op school, en de verhalen rond de feestdagen blijven mooi.


Het boek sprak me aan omdat de eenvoudig geschreven korte verhalen in de ik-vorm staan. Het lijkt alsof je er zelf bij bent. In het Oude Testament vond ik het moeilijk om de personen te herkennen, maar verderop stond het stamboom van de aartsvaders, waarbij het voor mij iets duidelijker werd. Ook de plaatsnamen stonden duidelijk vermeld in een kaart van Israël. De tekeningen maakte het geheel erg aangenaam om te lezen.


Het was leuk om het zelf te lezen maar ook om het voor te lezen. Alleen kun je moeilijk een verhaal vertellen als je het vorige niet echt weet. Het is echt een groot avontuur vanaf begin tot het einde. Ik denk dat ik het boek later nog eens moet lezen om de verhalen beter aan elkaar vast te knopen.


Verhalen die me bekend waren in het Oude Testament:

- het offer van Isaak (de zoon van Abraham), de rode Linzensoep (Jakob), de zeven vette jaren en de zeven magere jaren (Jozef), de 10 plagen van God (Mozes), het verbond tussen God en zijn volk: Mozes beklom de berg Sinai om met God te spreken., David en het gevecht met Goliath, God schept alles/het paradijsverhaal, de boom en de slang, het gevecht tussen Kain en Abel, de zondvloed, ark van Noach, de toren van Babel.


Verhalen van het Nieuw Testament worden ook via mijn kinderen verteld tijdens de Godsdienst lessen op school bijv: de melaatse man, de goede samaritaan, op weg naar Emmaus, Hemelvaart, Pinksteren, Kerstmis... Met Pasen keken Lucienne en ik altijd naar de film " Jezus van Nazareth" die altijd in 3 of 4 delen werd uitgezonden.



1 november: allerheiligen

Gisteren was in de Annakerk een herdenkingsdienst voor alle overledenen van de parochie. Hierbij hoorde ook Lucienne en Ed. Om de kinderen de kerk niet te associëren met het verdriet, de dood, onbekende mensen die je omhelzen als je het niet wil, zijn we samen met de schoonfamilie gekomen om een moment stil te staan als een grote familie.

Daar de kinderen nog te klein zijn om hun eigen keuze te maken omtrent het geloof, voel ik me aangewezen om hun dit aan te reiken. Hun vertellen over het Goede en het Kwaad, over keuzes maken... Er werd een kaars aangestoken ter nagedachtenis en de sfeer voelde goed aan. Een koor werd begeleid door een orgel en samen brachten ze oa. Gregoriaans muziek ten gehoren. Het klonk bijna als engel gezang, iedereen luisterde aandachtig.
Ik vond het fijn om me op zo'n manier te ontspannen. Nu is het leven zo hectisch, regelen, regelen en nog eens regelen. Maar op dat moment stond de tijd even stil, en daar genoot ik erg van.
Is hierboven nou echt een God die ons van bovenuit beschermt? Wat bedoelde Hij dan met deze aktie? Ik voelde heel erg de woorden:"Het is goed zo!", maar zo gemakkelijk kan het toch niet zijn... Moet ik niet kwaad blijven? Blijkbaar niet want hier voelt dat niet zo.
Vooral toen we elkaar een hand moesten geven om elkaar vrede te wensen, en de schoonbroer van mijn zus mij een warme hand gaf. Hij is ook heel kwaad om deze situatie, maar het leek alsof hij wilde zeggen:"We moeten er samen het beste van maken!" terwijl hij voor mijn gevoel altijd boos was omdat hij de kinderen te weinig zag.


We zijn samen naar het kerkhof gegaan, en de kinderen hebben daar een beeldje van "Pardijntje" en een van "Pardoes" bij het graf gezet. Dit zijn de symbolen van de Efteling. Een pretpark waar Lucienne en Ed graag naar toe gingen omwille van het feeërieke gevoel.


zaterdag 24 oktober 2009

"Waar ben je nu, zie je me nog?"

Via deze blog wilde ik onze thuissituatie schetsen. Ons huis is een schat aan levensvragen geworden! Mijn vriend Arjan steunt me door dik en dun. Zodra ik het even niet zie zitten, neemt hij de touwtjes in handen.
Door deze vervelende situatie hebben we de hele schoonfamilie en vriendenkring van mijn zus erbij gekregen. Onze vrienden blijven op de achtergrond en we gaan bij "vreemden" eten. Myra en Franka zijn kinderen met een agenda geworden. Ze worden overal uitgnodigd, maar willen eigenlijk gewoon hier lekker op de bank liggen. We zijn een familie met 5 kinderen geworden en niet iedereen begrijpt dit.
Ze worden uitgenodigd voor het circus, ijsjes eten, zwemmen, logeerpartijtjes, krijgen kadotjes... Maar de mensen beseffen niet dat die 3 van ons ook graag mee willen profiteren. "Waarom krijgen wij geen ijsje?" ...Natuurlijk begrijpen we dat iedereen aan deze situatie moet wennen, maar het blijft moeilijk om deze vragen te beantwoorden. Mensen moeten beseffen dat de hele situatie verschrikkelijk is , maar de kinderen niet zielig zijn!
"Papa is dood, mama is dood, mag ik nu gaan zwemmen?" vroeg Franka eens. Myra snapt het allemaal niet, en haar hoofd zit vol levensvragen, waardoor ze op school niets meer kan onthouden. "Kon ik eindelijk ons eigen telefoonnummer, kon ik eindelijk het gsm-nummer van mama en nu heb ik er niks meer aan!"


Ik heb boven een baalhoekje gemaakt. Zodra een van de kinderen verdrietig is, gaan we met z'n tweeën onderin de kledingkast zitten. Daar vertel ik dan over de leuke momenten van vroeger, over mijn verdriet, over mijn boosheid. Ik vertel dat als ik alles terug kon draaien met een toverstok, ik dit onmiddellijk zou doen. Ik vertel dat ik nooit hun moeder zal zijn, maar dat ik alles zal doen zoals Lucienne het wilde, en de beslissingen nemen zoals zij het altijd deed. Ik laat ze uitpraten , en zeg dat ik het allemaal begrijp. Ik vertel dat mama en papa hun kunnen zien, en dat ze heel trots op ze zijn. Meestal komt er dan een tweede in de kast zitten, dan een derde... totdat we met z'n zessen op een vierkante meter tegenelkaar opgepropt zitten en iedereen begint dan te lachen om deze benauwde situatie. Een gesimuleerde aardbeving op dat moment laat de kinderen dan weer heerlijk lachen en het verdriet kan weer even op de achtergrond blijven.
Om irritaties te voorkomen wegens plaatsgebrek, heb ik een mooi doosje gekozen waar we onze ergernissen en onze mooie momenten opschrijven. De mooie momenten blijven in de doos, en de negatieve berichten worden gezamenlijk uitgepraat. Wat kunnen we eraan doen? Hoe komt dit? Het briefje blijft dan een week in de doos zitten, en de zondag erna kijken we samen of dit briefje uit de doos mag.
S'avonds steken de kinderen kaarsen aan. Ik vind dit een mooi gebaar naar de overeldenen toe, en het ziet er gezellig uit. Maayke (3) neemt dan voor iedereen een kaars: Opa Paul, Oma Loe, Oma Elsa, Mike, Lucienne, Ed, en de hond van de buren, Raja, krijgt er ook een. De verwarming hoeft dan echt niet meer aan!
We hebben besloten om een nieuwe start te maken in een groter huis. We willen de meisjes laten voelen dat dat huis ook hun huis zal worden. Nu hebben ze het gevoel dat ze bij ons inwonen, en dat willen we vermijden. We hebben een mooi huis op het oog, en ik hoop dat het allemaal goed gaat komen. Het doosje met de levensvragen gaat gewoon mee, en wie weet maak ik weer ergens een gezellig hoekje...

zaterdag 10 oktober 2009

de 10 geboden



Mijn eerste les Godsdienst heb ik bij mevr. Mireille gevolgd. Dit is de lerares van de 4e-5e en 6e klas van het katholieke schooltje "St Joseph" in Eben-Emael waar mijn kinderen zijn. Naast mijn stageplaats in Maastricht, mag ik daar ook Godsdienst lessen volgen, en dat waardeer ik erg.

De les begon over regels. Zonder regels zouden de kinderen het samen in de klas geen week volhouden. Zelfs 1 uur zonder regels zou tot ruzie kunnen uitgroeien. In de wereld kunnen we zien dat landen die geen duidelijke regels hanteren vaak ruzie of oorlog hebben.

De juf laat de kinderen vragen stellen en beantwoordt ze. Welke regels hebben ze thuis? Welke regels zijn er op het schoolplein?...

Regels in de klas gelden anders dan buiten de klas. Iedereen mag zijn eigen regels stellen. Ze worden op het bord geschreven en bekeken. De belangrijkste worden in een "akte"opgenomen( la charte de vie en classe). De kinderen mogen zelf weten of ze de akte gaan tekenen. Tekenen ze de akte wel, dan moeten ze zich aan de regels houden, doen ze dit niet, dan kunnen ze niet functioneren binnen de klas.

Het gaat om hun regels en de juf geeft geen eigen inbreng. Ze veranderd wel de regels in positieve zin bijv. "ik mag niet schreeuwen" wordt "ik moet zachtjes praten".
Dit zijn de regels:
- ik doe mijn best om goed te werken
- ik moet "u" tegen de juf zeggen.
- Ik respecteer andermans spullen en mijn spullen
- ik moet mijn vinger opsteken als ik iets wil vragen
- ik respecteer de anderen (luisteren als iemand praat, niet aanvallen, "goedendag" s' ochtends tegen elkaar zeggen)
- ik moet zachtjes praten, als de juf stilte vraagt dan moeten we ook stil zijn
- ik vermijd conflicten
- ik werk alleen tijdens de toetsen
- ik eet buiten de klas
- ik denk aan het milieu ( afval in de prullenbak gooien, de lampen van de computer en van de klas uitzetten na schooltijd, met de fiets naar school gaan...)
- ik gebruik geen geweld
- ik deel met anderen
- ik laat de klas opgeruimd achter
- ik gebruik nette woorden

De kinderen vertellen dat het niet altijd gemakkelijk is om regels na te streven en de juf vindt dit ook.

Voordat de les afgelopen is, gaan de leerlingen hun schrift pakken en de regels met vele kleuren opschrijven. De juf gebruikt zelf altijd veel kleuren. Dit vindt ze overzichtelijker. Maandag gaan de leerlingen zelf beslissen of ze hun schrift wel of niet gaan ondertekenen.

Komen de 5 geboden aan bod?
1. ja, doordat iedereen zijn eigen regels stelt wordt de levensvisie verruimd.
2. ja, doordat iedereen aktief deelnam aan de les, werd het een boeiende les.
3. ja, het doel is "regels ontdekken om beter in de klas te functioneren"
4. ja, iedereen had anderen ideeën.
5. ja, ze gaan met verschillende kleuren "hun"regels kenbaar maken in hun schrift.

De les was op dat moment afgelopen. Ik zou persoonlijk deze les koppelen aan de "tien geboden" uit de Bijbel. Deze bevatten de tien leefregels die volgens twee grote religieuze stromingen (jodendom en christendom) door God aan de mensen gegeven zouden zijn.
Deze leefregels hebben een zeer sterke invloed gehad op de samenleving. Dit kan worden afgeleid uit het feit dat veel van de hedendaagse wetgeving nog steeds wortels heeft die teruggaan tot in deze tien geboden.

Mozes kreeg op de top van de berg Horeb in de woestijn Sinaï op twee stenen tafelen de 120 Hebreeuwse woorden die de Tien Geboden vormden. Na voorlezing aan het verzamelde volk werden de stenen tabletten in de Ark van het verbond bewaard. God droeg Mozes op een tweede versie van deze stenen tafelen te maken, omdat hij de eerste had stuk gegooid, toen hij terugkwam van de berg en zag dat het volk een gouden kalf had gemaakt en aanbad.

1. Gij zult geen afgoden vereren, maar Mij alleen aanbidden en boven alles beminnen.
2. Gij zult de naam van de Heer, uw God, niet zonder eerbied gebruiken.
3. Wees gedachtig dat gij de dag des Heren heiligt.
4. Eer uw vader en uw moeder.
5. Gij zult niet doden.
6. Gij zult geen onkuisheid doen.
7. Gij zult niet stelen.
8. Gij zult tegen uw naaste niet vals getuigen.
9. Gij zult geen onkuisheid begeren.
10.Gij zult niet onrechtvaardig begeren wat uw naaste toebehoort.

ik en godsdienst




Ik gefoof zonder twijfel dat er iets is tussen hemel en aarde. Maar of dit in de vorm van een God is, moet ik nog ervaren....
Vorig jaar is mijn schoonbroer onverwacht overleden aan een hartstilstand (44) en in de zomervakantie is mijn zus aan een hersenbloeding gestorven (43). We hebben de voogdij van de twee meisjes Franka(6) en Myra(10) gekregen en daar zijn we erg blij om.
Naast al het geregel, vraag ik me nu vaak af waar dit nu goed voor was. Wat kan ik hiervan leren?
En ik kan geen zinnig antwoord bedenken. Ik ben verbitterd, en kan het nog steeds niet los laten, maar ik denk dat 3 maanden nog te vroeg is voor een volledig afgeronde rouwverwerking.
Ik vind de lessen godsdienst erg boeiend. Ik sta altijd open voor nieuwe uitdagingen, en ik denk dat ik dit nu goed kan gebruiken. Ik laat het allemaal op me af komen, misschien zal ik hier mijn antwoorden gaan vinden....